Ria (l) in gesprek met Wilma over haar prachtige tuin

door Wilma van Maarschalkerweerd
Ze vielen voor de grote tuin, Ria Klunder (66) en haar man Menno toen ze in 2001 het huis aan de Koggewagen bezichtigden. De natuurstrook van Het Harde erachter zorgde voor eindeloos groen. Gelukkig, het huis voldeed ook aan de verwachtingen.

Nadat ze er later een stuk gemeentegrond hadden bijgekocht, ontwierpen ze samen met een groenbedrijf in 2008 de huidige tuin. Het gras ging eruit, de trampoline achterin mocht blijven voor de buurkinderen en er kwam een flinke vijver. Vanuit de woonkamer wordt je blik daar direct naar toe getrokken. Erachter pronkt een majestueus zwartmetalen prieel, rijk begroeid met sieraugurk en rozen, in afwisseling paars, roze en geel bebloemd. Vier appelbomen omlijsten het grijze steenslag om de vijver, een bronzen jongetje hurkt met zijn hengeltje op de vijverrand en een merel baddert in een ondiep hoekje achter de gele aronskelken.

In de schaduw van de ceder
Vanuit het prieel passeren we wat bessenstruiken, een druif en een framboos. We dwalen over de boomschorspaadjes in het deel van de tuin dat half schuilt onder de grote ceder, we wijzen en benoemen, plantennamen in het Nederlands en Latijn. Als we op het terras aan tafel zitten, pakt Ria haar klapper, bladen volgeschreven met planten die ze ooit had of nog heeft. Want zoals dat gaat in een tuin, sommige soorten voelen zich er thuis en andere niet.

Stinzenplanten
Ria houdt van stinzenplanten, van oudsher te vinden op landgoederen en bij boerderijen en pastorieën. Denk aan sneeuwklokje, krokus, lelietje-van-dalen, longkruid, bosanemoon, holwortel, kievitsbloem en wilde hyacint. En ze tuiniert met hart voor het dierenleven in de tuin: distels en kaardenbollen voor de putters, bloeiend spul voor insecten en een ruig hoekje met brandnetels als voedzame rupsenkraamkamer. Roodborst, vink, groenling, goudvink, heggenmus, goudhaantje en winterkoning komen fourageren. ‘Er gaan ‘s winters kilo’s vogelvoer doorheen en snoeien gebeurt pas in het vroege voorjaar, waarbij het afknipsel versnipperd op de bodem mag verteren. De vogels kunnen daar heerlijk in scharrelen’, vertelt Ria.

Voorjaar en herfst
Het hele jaar is er van alles te zien in deze tuin. Vroeg in het jaar bloeit de witte viburnum, tooit de kale hamamelis zich in exotisch geel en zorgen graspluimen voor een spannend silhouet. Daarna bloeien de stinzenbolletjes, de appelbomen en de dotters, geel in de vijver. Zomers is er kleur van de knalroze James Brydon waterlelies, floxen, grijsfluwelen prikneuzen met roze of witte bloemen en paarse en witte zomerasters. Eind zomer, begin herfst eisen de bomen de aandacht op: de koelreuteria wordt één grote gele pruik en de liquidamber kleurt vlammend rood.

Gevraagd naar waar ze blij van wordt, zegt Ria zonder aarzelen: ‘Het uitzicht en de vogels en andere dieren, waarvan we met de verrekijker eindeloos kunnen genieten. Vooral het voor- en najaar bieden zoveel moois. Maar ook de winter, dan is de verstilde vijver prachtig.’ De zichtlijnen, beplanting en details maken deze tuin tot een klassieker waar je stil van wordt.