door Marloek de Greeff
Tijdens de Theaterroute bezoek je korte theatervoorstellingen op verschillende locaties in Blaricum en Huizen.

In de smederij van Henk van den Bergh werd het toneelstuk ‘De dochter van de smid’ opgevoerd door Aukje van Ginneken en Richard Spijkers. Naar een waargebeurd verhaal uit de oorlogstijd van de familie Van den Bergh.

Oorlog
Het stuk gaat over Bets, de tante van Henk, in die tijd 17 jaar oud. In de oorlog waren er Duitsers in Blaricum gelegerd, zij werden ondergebracht in de toenmalige Bernardusschool op de Kerklaan. Om hun paarden van hoefijzers te voorzien, vorderden ze de smederij van Van den Bergh. Twee jonge Duitse soldaten kwamen als smid bij vader Van den Bergh werken, Hermann en Julius. De twee jonge Duitse mannen hadden het best naar hun zin bij de familie Van den Bergh. Het was dat het oorlog was en vader Van den Bergh er ongemerkt voor zorgde dat het werk van de twee jonge soldaten in de smederij enorm vertraagde, maar anders zou je gerust van een vriendschappelijke sfeer kunnen spreken. Vooral de band tussen Hermann en Bets werd steeds hechter, ze gingen samen wandelen en praatten honderduit. Deze intieme omgang zinde de luitenant van het regiment helemaal niet en hij stuurde de twee jonge soldaten naar het Oostfront.

Bets en Hermann
In het toneelstuk leest Bets de ansichtkaarten voor die zij en Hermann elkaar stuurden. De vriendschap en het wederzijds gemis blijken er duidelijk uit. De vader van Bets vindt het ‘heulen met de vijand’ van zijn dochter maar zozo. Hij zette zich graag in als verzetsman, maar kon dat lang niet zo intensief doen als hij wilde omdat de Duitsers zijn smederij in en uit liepen. Met lede ogen ziet hij toe hoe de Joden die zijn opgeroepen Blaricum te verlaten naar Amsterdam vertrekken. Het liefst had hij ze allemaal in huis genomen.

Bericht van het Oostfront
Uit de berichten van het Oostfront blijkt dat de mannen het zwaar hebben in het ijskoude Rusland. De verliefde Bets maakt zich zorgen en hoopt dat de oorlog snel afgelopen zal zijn. Dan ziet ze Hermann weer. Na de oorlog wacht ze bij de brievenbus op een teken van leven. Dagen, weken, maanden. Maar er komt niets. Van elke tien Duitse soldaten die ten strijde trokken, keerden er maar twee naar huis terug. Hermann was daar niet bij. Veel later kreeg Bets een kaart van de familie van Hermann. Julius had hen bezocht en verteld dat Hermann was gestorven op het ijzige slagveld, terwijl Julius hem vasthield. Het laatste wat hij zei, was Bets naam.

Het publiek keek ademloos naar het goed gespeelde stuk dat opgevoerd werd voor het haardvuur in de authentieke smederij. Iedereen was er stil van. Wat een bijzonder en ontroerend familieverhaal.
Achterin de zaal stond Henk langzaam op om te vertellen hoe het verder ging met Bets: ‘Na het verdrietige bericht over Hermann besloot ze het klooster in te gaan.’

Het toneelstuk ‘De dochter van de smid’ werd geschreven en geregisseerd door Johan Verheij.