door Sybert Blijdenstein
Dat was de vraag van twee basisschooljongetjes aan hun juf. In deze LHBTI-tijden lijkt het antwoord simpel. Maar niets is minder waar. Juf mág niet antwoorden. Zij moet deze vraag eerst met de ouders bespreken en zonder hun toestemming mag ze geen enkel antwoord geven. Juf en collega’s zijn voor deze bijzondere aansprakelijkheid zelfs verzekerd. Voor hoge bedragen. Niet te geloven. Pas dus op. Mocht u toevallig voorbij lopen en deze vragende kinderen de eenvoudige waarheid willen vertellen dan weet u nu waar u aan begint. Gewoon mond houden en doorlopen.

Over toevallig gesproken: Krijg ik een appje met ‘Dag Sybert, vanmiddag in Rollybus 3 een zonnebril gevonden met jouw naam er op. Groet Frits.’ Kort daarop staat Frits blij voor de deur met de bril. Maar ik miste die bril helemaal niet! Op het brillenglas zie ik rechts bovenaan mijn naam staan, in piepkleine gouden lettertjes. Dan schiet het me te binnen. Een heel persoonlijk zakencadeautje uit 1995. Deze bril was me van meet af aan wat te patserig. Meer iets voor vliegenierstypes, zoals Prins Bernhard. Zeker 25 jaar moet de bril onderweg zijn geweest. Ik stel me voor welke neuzen hij die tijd heeft gesierd.

Op de stille avondheide zie ik ver voor me een voorzichtig speurende man, hagelwit gekleed. Met in zijn rechterhand een grote, professionele camera. Geboeid buigt hij zich af en toe voorover, kijkt en maakt foto’s. Opeens, als door een wesp gestoken, zet hij een sprint in, zijn kostbare camera vervaarlijk rondzwaaiend. Geen tijd om die in de tas doen. Rennend verdwijnt hij achter een heuvel. Reden? De avondstilte wordt plots achter me verscheurd door een van achteren aankomend, tetterend, met elkaar ruziemakend stel. De natuur kreunt. Ik ook. Beiden heel toevallig ook hagelwit gekleed.

Nu vraagt u zich waarschijnlijk nog steeds af wat het antwoord is op die jongensvraag. Dat is natuurlijk een volmondig ‘ja.’