door Hans Mohrmann
Fritz zit al aan het raam van Bellevue als ik de straat oversteek. Even is het elkaar aftasten en zien hoe het gesprek op gang komt. Dan steekt Fritz van wal: ‘Gisteren was het 6 juni 2022, op de kop af dertig jaar geleden dat ik neerstreek in Blaricum. Ik zocht iets in ‘t Gooi, want ook al ben ik als Oostenrijker in Salzburg geboren, ik ben als een Hollander opgegroeid in Bussum waar ik nog steeds woon. Het wordt echter tijd om de bakens te verzetten en van een verdiend pensioen te gaan genieten. Graag zou ik met een camper heel Europa willen verkennen, van Scandinavië tot aan de Middellandse Zee, er is zoveel moois te zien, zoveel in te halen. Komen en gaan wanneer je zin hebt, gewoon de vrijheid omarmend. Heerlijk!’
Fritz wilde altijd al iets met zijn handen doen. Vanaf zijn zeventiende doorliep hij de vakschool Goud- en Zilversmeden in Schoonhoven. In een kraakpand in Den Haag combineerde hij zijn stage met een ontluikend ondernemerschap en verkocht er, als handige jongen met lang haar, op kunstmarkten zijn eerste sieraden. Een oud fietsenmakers pand in Scheveningen bood een beter onderkomen en tien jaar lang woonde hij gelukkig aan zee. En toch, het avontuur trok: Hij nam lessen in Portugees en was van plan naar Lissabon te verhuizen. Echter het leven loopt vaak anders dan je denkt. Gelukkig voor ons, Blaricummers, gaf zijn zusje de tip dat er iets te huur was in ons dorp. Het bleek het pand te zijn waar thans Bruno zit. Niet Fritz maar Siegers met zijn kunst- en antiekzaak mocht toen dat pand huren. Fritz was er als de kippen bij om de vorige winkel van Siegers, Dorpsstraat 8, over te nemen. Een gelukje want hij kon een paar jaar later, na positieve interventie van Burgemeester De Winter, het pand tegen een mooi prijsje overnemen van de gemeente. Zo zie je maar weer: C’est la vie, soms zit het tegen en soms zit het mee. Een beetje mazzel mag je best hebben, dat maakt het leven aangenaam.

45 jaar
Fritz kijkt dankbaar terug op zijn goede gezondheid, 45 jaar in het vak en nog steeds plezier in het maken van mooie sieraden. Hij geniet ervan om elke keer te zien wat er tussen je vingers ontstaat. Het wordt steeds gezelliger in het winkelrijtje. Met mooi weer samen buiten lunchen en zo nu en dan op zaterdag een babbel en glas wijn na sluitingstijd. Zo trekt het rijtje van Fritz, De Sisters, de Scholekster, Blinx en Wilma steeds meer publiek.

Sociale leven
Fritz voelt zich als een haan tussen de kippen en toch dringt de tijd: ‘Ik wil meer tijd nemen voor mijn sociale leven. Als je ouder wordt, kun je niet meer tot ’s avonds laat doorwerken en wordt het runnen van een winkel in je eentje steeds zwaarder. Het zou mooi zijn als een jong stel dit prachtbedrijf zou willen voortzetten’, zegt hij. Maar zaken lopen zoals ze lopen, je hebt het niet in de hand. ‘Ach’, zegt Fritz, ‘als je ouder wordt en eenmaal meer kennis van leven hebt, ga je meer relativeren. Mijn grootste ontdekking of inzicht is dat ik niets in de hand heb en dat maakt mij vrij. Het leven leeft zichzelf, is het niet wonderbaarlijk!’