door Hans Mohrmann
Zoals vele Blaricummers voeren ook wij al jaren vogeltjes in onze tuin. Koolmeesjes, pimpelmeesjes en huismusjes vliegen af en aan, het is een drukte van jewelste in de struiken rond het voederhuisje.

Meestal scharrelen er ook twee tortelduiven en pikken naar het voer dat op de grond is gevallen. Sinds er Barnevelder krielen in onze tuin scharrelen, komen mussen en duiven brutaal op het kippenvoer af. Een roodborstje kijkt en kijkt, en hup, grijpt zijn/haar kans als iedereen genoeg heeft.

Postduiven
Maar hoe zit dit nu met de dikke postduiven die ons met bruine ogen aanstaren? Sinds de oudheid werd belangrijk nieuws door de postduif bezorgd. In 1860 had Reuters nog vijfenveertig postduiven in dienst. Het zijn de echte racemachines, Formule 1 is er niets bij. Duivenhouders trainen en voeden hun duiven zo dat ze het snelst terug in hun hok zijn. Het is niet altijd de snelst vliegende die wint. Wie kent het verhaal van de haas en de schildpad niet? Het gaat om fitheid, oriëntatie, zicht, geheugen en… vooral conconcentratievermogen! Duiven hebben een fabelachtig geheugen, ze kunnen honderden beelden opslaan, zien een maiskorrel op drie meter afstand en weten haviken, valken en katten te vermijden.

Training en voeding
Wedstrijden worden met jonge en oude duiven gehouden en over korte (minder dan 300 kilometer voor sprinters) en lange afstanden (meer dan 800 kilometer voor marathonvluchten). In 2020 is een Belgische postduif voor 1,6 miljoen euro verkocht. Toch gaat het bij duivenhouders om de eer, af en toe een gokje gewaagd. De kunst is om training en voeding goed af te stemmen op de afstand waar je voor gaat.

Meelmuis
Van der Wardt uit Laren heeft onlangs zijn deuren gesloten. Gelukkig voor P.V. de Zwaluw heeft onze Meelmuis de handel overgenomen. Er liggen al liefst 45 soorten duivenvoer en 15 soorten grit in nieuwe rekken, en zijn er andere spullen te verkrijgen die nodig zijn om deze racers te tunen. Jonge duiven eten anders dan de oude, sprinters weer anders dan lange afstand vliegers. Wanneer voer je wat en hoe lang voor de wedstrijd opdat ze het juiste gewicht hebben en niet te dorstig zijn dat ze direct na het loslaten naar water gaan zoeken? Hoe zorg je voor ‘t opschonen van darmen en nieren, het herstellen van bloedwaarden, het verhogen van de natuurlijke weerstand met antioxidanten en zuurstofopname? Hoe stimuleer je de ontwikkeling van de hersenen, wat doe je na intensieve perioden zoals rui en kweek? Wat geeft de gladste veren en vermindert daarmee de luchtweerstand. Het is het samenspel van wetenschap en praktijk dat het een hele puzzel maakt. Zou Max Verstappen ook zo’n dieet hebben? Dat zou een hoop verklaren.