Ergens in de tijd, in een rustig dorp, verlicht door wintersterren, vierde een bijzondere groep mensen een unieke avond. Abraham, Boeddha, Mohammed
en Confucius, wijzen uit verschillende culturen, waren samengekomen met timmerman Jozef, Maria en hun pasgeboren kindje Jezus, koningen, herders en dorpelingen.
Timmerman Jozef, met twee rechterhanden, had een prachtige houten kribbe gemaakt voor de kleine. Maria, gekleed in een blauwe robe, wiegde vol liefdevolle tederheid het kribje heen en weer. Het kindje Jezus straalde alsof ook hij een winterster was die de duisternis wegnam.

Rond een versierde boom gezeten, wisselden zij verhalen uit. De grijze Abraham wees op de betekenis van opoffering en verzoening en benoemde het belang van leren, Boeddha, met een serene glimlach, deelde wijze woorden over vrede en innerlijke rust en vertelde over mededogen, Mohammed deelde parabels van naastenliefde en benadrukte liefde en respect voor elkaar, terwijl Confucius de waarde van harmonie onderstreepte en sprak over deugdzaamheid in het dagelijks leven.

In deze bijzondere smelting van culturen en geloofsovertuigingen ontstond een onvergetelijk samenzijn. Ze deelden hun traditionele culinaire lekkernijen met elkaar, lachten, dansten onder de sterren, hieven het glas en wisselden geschenken uit die symbool stonden voor liefde en begrip.

Zachtjes begonnen sneeuwvlokken neer te dalen, waardoor het dorp bedekt werd met een mantel van wit. De harmonie van dit vredige wit weerspiegelde de eenheid van diversiteit.

Hand in hand, in een cirkel van verbondenheid, sloten Abraham, Boeddha, Mohammed, Confucius, Jozef, Maria, het kindje Jezus en alle anderen deze bijzondere avond af, wetende dat liefde en begrip universele talen zijn die alle harten kunnen verenigen, ongeacht hun achtergrond.

Fijne feestdagen, Gerda Jellema