door Gerda Jellema
Toen Moses Latuheru, zoon van wijlen korporaal bottelier Bertus Latuheru, aan de gemeente Hilversum vroeg om de grafrechten tijdelijk over te nemen uit respect voor de Molukse mariniers die begraven liggen op De Zuiderhof en de Noorderbegraafplaats, kreeg hij meer dan waar hij op gehoopt had. De gemeente en de Uitvaartstichting Hilversum nemen het onderhoud en de grafrechten voor altijd over.

Maar daar bleef het niet bij. Er komt een jaarlijkse herdenkingsdag en de Blaricumse kunstenares Barbara Houwers (met atelier in Hilversum) werd gevraagd om een herdenkingsmonument te maken. En zo gebeurde, dat op 21 maart, de dag waarop in 1951 de eerste Molukse mariniers en hun families per boot aankwamen in Nederland, dit herdenkingsmonument in 2023 door Moses Latuheru en Wethouder Arno Scheepers werd onthuld en waarbij de opdrachtgever van de uitvaartstichting, Anita van Loon, de woorden sprak: ‘Hiermee creëren wij een mooie bijzondere plek voor alle Molukse marinemannen, die op een van onze begraafplaatsen begraven zijn, een herdenkingsplek voor altijd.’ Waarna de onthulling op gepaste wijze werd afgesloten door gebed, het zingen van het lied van heimwee Beta Berlayar Jauh en het leggen van bloemen. In de aula werd nagepraat en kon men genieten van een hapje, drankje en muziek.

Een plek om te zitten en te gedenken
Aan Barbara de eer om een complexe geschiedenis in een monument te vatten. Barbara: ‘Hoe verbeeld je een gecompliceerde geschiedenis, van mensen die de reis over zee maken naar een vreemd land? Met de kernwoorden: voorwaarts, dapperheid, waardigheid, trots maar ook wanhoop ben ik gekomen tot een abstracte weergave van een koffer. In deze abstractie zitten menselijke figuren. Daarnaast hebben we in samenwerking met Jan Vreeker een enorme steen vol met fossielen in drie stukken gekliefd, de stukken als symbool voor de drie generaties. De grootste steen is een sokkel. De stenen vormen samen met een zwerm kleinere blokken een “familie” en een plek om te zitten en te gedenken.’ De sokkel is de drager van de koffer. Op deze drager de woorden: Beta Berlayar Jauh, Ik vaar ver weg. De Molukkers die wegvoeren naar een onbekend land, weg van hun geliefde land. En zoals Barbara het mooi verwoordt: ‘De koffer die stilzwijgend jarenlang klaar stond voor terugkeer naar het vaderland, de koffer als symbool voor het verlangen dat niet uitkwam.’