door Sybert Blijdenstein

Hazen en konijnen …

Dat is het begin van het oude gezegde ‘Hazen en konijnen kun je villen, mensen moet je nemen zoals ze zijn.’ Nou ja, niet alle mensen. Ik kijk daarbij naar een krantenfoto van de Russische generaal Dvornikov, een starende, in gedachten verzonken grijsaard, met veel goud borduurwerk op zijn pet en klep. Ook aan zijn bescheiden groene parka. Deze man is de wereldkampioen ‘bloed aan zijn handen’. In Syrië, jarenlang huisgehouden, heeft hij honderdduizenden doden op zijn geweten. Geen punt: Dát heeft hij niet. Hij kijkt een beetje omhoog. Naast hem staan officieren met astrakan bontmutsen. Kijkend in dezelfde richting. Dat moet je doen in het leger, opkijken naar je baas en het liefst nét zo.

Deze man gaat in de Oekraïne het Ardennenoffensief van de Russen leiden. De Donbas platbombarderen, inclusief burgerij, en dat land winnen voor, ja voor wie eigenlijk? Althans als er nog wat van overeind staat. Lege, dode, vergiftigde vlakten. Ik hoop voor hem dat hij niet vergeet dat de burgerij daar grotendeels bestaat uit Russische separatisten en Russen. Dat zou een ‘kleine’ vergissing worden. Hij móét bevrijden. Maar dat moesten zijn collega’s ook. Wie? De Oekraïners. Dát viel tegen. Geen mens die met bloemen langs de weg stond, tussen de aan stukken geschoten Russische tanks. De grote baas P. kan zich vergist hebben. De lessen van Napoleon en Hitler lijken niet aan hem besteed. Die strandden op de Russische vlakten. En gingen met de staart tussen de benen aan flarden retour. Wie niet leert van het verleden is gedoemd enz. U kent de rest. Iedereen heeft recht op zijn eigen ondergang …

In de tuin bij ons keek ik naar de reiger. Die had de vijver gespot. Van vorig jaar dacht hij nog: ‘Ha, die lekkere kikkers daar.’ Maar hij vond niets. Ik had al het herfstblad erin laten liggen. Verstopplekken voor de kikkers. Goed zo.